Het proces van aanvraag in de praktijk
Een voorbeeld:
• Een ondernemer neemt in zijn gebiedsvereniging deel aan de discussie over de visie op de bedrijfsomgeving; daar volgen na verloop van tijd bestedingsvoorstellen uit.
• Aan het begin van elk kalenderjaar ontvangt de vereniging een brief van het bestuur van het ondernemersfonds, waarin het beschikbare trekkingsrecht wordt vermeld. Dit bedrag wordt, indien van toepassing, aangevuld met eventuele resterende middelen uit voorgaande jaren. Deze opgave is een voorlopige vaststelling en volgt nadat de Belastingdienst de aanslagen heeft verzonden, meestal is dat eind februari. De definitieve vaststelling van het trekkingsrecht volgt aan het eind van het jaar.
• De vereniging maakt plannen – dat kunnen plannen per activiteit zijn, maar bij voorkeur een jaarplan. Een overzicht van de plannen wordt ingediend bij het bestuur van de stichting van het ondernemersfonds. Per kwartaal worden deze opgaven getoetst en zo nodig aangepast.
• Het bestuur van het fonds toetst de aanvraag aan twee criteria: is er voldoende trekkingsrecht en wordt het voorstel naar behoren gedragen door de leden van de vereniging? Het bestuur kan inhoudelijke vragen stellen en de vereniging wijzen op omstandigheden zoals dubbelingen met de programma’s van anderen. Echter, het bestuur kan de aanvraag niet op inhoudelijke gronden afwijzen. De meeste aanvragen worden dus per hamerslag toegekend. Agendering in het fondsbestuur dient niettemin drie doelen: toetsen van de rechtmatigheid, veiligstellen van de transparantie en verenigingen wijzen op mogelijke samenhang in activiteiten.
• De vereniging krijgt bericht van goedkeuring en kan de activiteit aanbesteden of zelf uitvoeren. De vereniging dient zelf te controleren of de activiteit is uitgevoerd en of dit conform de afgesproken prijs is gebeurd.
• De factuur voor de activiteiten wordt door de vereniging gecontroleerd. Vervolgens geven twee bestuursleden van de vereniging hun akkoord voor betaling en sturen zij de factuur door naar het ondernemersfonds. De factuur moet gericht zijn aan Ondernemersfonds Bodegraven-Reeuwijk, t.a.v. de betreffende vereniging, Postbus 118, 2810 AC Reeuwijk. Belangrijk is ook dat de factuur alle wettelijk vereiste gegevens bevat.
• Het fonds betaalt de rekening en zorgt voor vooraftrek van de btw. In geval van een jaarplan (waarbij de btw-aftrek door de trekkingsgerechtigde kan worden geregeld) kan ook budget worden overgemaakt naar de trekkingsgerechtigde.
Veranderingen in werkgebieden zijn mogelijk: in de loop van de tijd veranderen problemen en voorkeuren. Er is praktisch wel een beperking aan de veranderbaarheid van de systematiek: het moet organisatorisch werkbaar blijven. Maar geen enkele grens is heilig: het systeem moet een goede balans treffen tussen berekenbaarheid en veranderbaarheid, tussen consolidatie en innovatie.